Steeds meer kledingmerken pronken met innovatieve termen als ‘4D-stof’ en beloftes van kleding die zich aan elke lichaamsvorm aanpast. Maar hoeveel waarheid schuilt er eigenlijk achter deze ‘vernieuwende’ claims?
Bij het zoeken naar een nieuw kledingstuk spelen twee belangrijke factoren: wat je mooi vindt en welke modellen, stoffen en kleuren bij jouw lichaam passen. Voor velen is dit een uitdaging. Merken proberen hierop in te spelen door kleding aan te bieden die zich aan elke lichaamsvorm zou aanpassen, iets wat ze graag bestempelen als innovatief.
Recent zijn er voorbeelden zoals de ‘perfect fit’ van Damart en de ‘fit smart’ van Triumph. Damart biedt een uitgebreide reeks kledingstukken aan, gemaakt van verschillende materialen, met een focus op een stretchy fit en een platte buik-effect. Triumph’s fit smart-lijn omvat beha’s en slips gemaakt van een ‘4D’-stof die zich aan elk lichaam aanpast.
Maar is dit echt iets nieuws? Volgens Helena Desmet, docente materiaalontwikkeling aan het KASK in Gent, valt dat te betwisten. De gebruikte stoffen zijn vaak geen echte innovatie. Het toevoegen van meer rekstof maakt het textiel simpelweg rekbaarder, maar niet per se baanbrekend. Bovendien zijn zulke stoffen vaak minder duurzaam.
Desmet suggereert dat duurzaamheid beter kan worden benaderd door te kijken naar technieken uit het verleden, zoals smokken, of door moderne uitvindingen te omarmen, zoals het biologisch afbreekbare ROICA™ V550-elastaan. Door tijd en moeite te investeren in nieuwe methoden en materialen, kunnen er ongetwijfeld meer ingenieuze oplossingen worden ontwikkeld.
Voor wie tussen 20 en 45 jaar oud is en geïnteresseerd is in mode en duurzaamheid, biedt dit inzicht in de realiteit achter de glimmende marketingpraatjes van kledingmerken.
