Het Eurovisiesongfestival, gepland voor 2024 in het Zweedse Mälmo, overweegt een herziening van de puntentelling. Na aanhoudende vragen om de invloed van nationale jury’s te verminderen, zijn er nieuwe regels voorgesteld, hoewel een definitieve beslissing nog niet is genomen.
Sinds 2009 wordt de winnaar van het Eurovisiesongfestival bepaald door een combinatie van televoting en een vakjury. Elk draagt 50 procent van de punten bij, met de vakjury bestaande uit vijf experts per land, variërend van mensen uit de muziekindustrie tot voormalige deelnemers en muziekjournalisten. Dit systeem heeft vaak geleid tot verschillen tussen de winnaars gekozen door de vakjury en het publiek. Het afgelopen jaar was het verschil opvallend groter, met bijvoorbeeld Loreen uit Zweden die de jury overtuigde, maar Finland die de televoting domineerde.
Na opmerkelijke verschillen bij meerdere landen, waaronder Noorwegen, pleitte het land voor een hervorming. Het meest gehoorde voorstel was om de invloed van de nationale jury’s te verminderen tot 30 of 40 procent.
Voor de editie van 2024 zijn nieuwe regels voorgesteld, waarbij de punten van de jury en het publiek zullen worden gecombineerd volgens een nog te bepalen verhouding. De uiteindelijke beslissing wordt genomen door de EBU, na goedkeuring door de Referentiegroep. De mogelijkheid bestaat dat de verhouding 50-50 blijft, maar er is nu ruimte voor meer evenwicht tussen de invloed van de jury en het publiek in het Eurovisiesongfestival.