Uber is een alomtegenwoordige keuze geworden, vooral onder jongeren. Maar het juridische statuut van Uber-chauffeurs is al jaren vaag. De EU overweegt hen als werknemers te categoriseren, wat Uber vreest vanwege zware economische gevolgen.
Het statuut van medewerkers in de deeleconomie, zoals ride-sharing en bezorgdiensten, roept al tien jaar vragen op over zaken als verloning, verzekeringen en veiligheidscontroles. Uber en andere technologiereuzen botsen met de EU, die streeft naar normalisatie, inclusief minimumloon en ouderschapsverlof voor deze medewerkers.
De EU overweegt Uber-chauffeurs als werknemers te erkennen, wat Uber voorspelt als een gemiddelde tariefsverhoging van 40% in Europa. Dit zou de flexibiliteit van Uber beperken en het vertrek van incidentele chauffeurs kunnen veroorzaken, wat het beschikbare aanbod in steden kan verminderen.
Uber benadrukt dat hun verzet niet om winst gaat, aangezien het bedrijf zelfs met diversificatie-inspanningen zoals advertenties nog nooit winstgevend is geweest. Uber heeft ook te maken gehad met schandalen, zoals de Uber Files, wat het imago van het bedrijf niet heeft verbeterd in de ogen van de EU.