De Bruggelingen zijn blij dat toeristen hun stad waarderen, maar laten we eerlijk zijn, de ergernis begint wel toe te nemen. De laatste cijfers van de bewonersbevraging rond toerisme laten zien dat de liefde voor het toerisme er nog is, maar dat de overlast door sommige bezoekers echt op de zenuwen begint te werken. (Bron Foto – Visit Bruges)
Toerisme Brugge en Toerisme Vlaanderen hebben deze bevraging om de twee jaar sinds 2016, om de pols van de Bruggelingen te voelen over het toerisme in hun stad. Wat blijkt? De Bruggelingen zijn trots op hun stad en begrijpen dat toerisme goed is voor de economie, maar het wordt ze soms te veel. De drukte in het centrum is voor driekwart van de bewoners een doorn in het oog, en twee op de drie vinden dat er te veel van die toeristische winkels zijn. Ook ervaren velen overlast door de toeristen.
Het stadsbestuur is niet doof voor deze frustraties. Burgemeester Dirk De fauw laat weten dat hij al met gidsenorganisaties heeft gesproken om wat afspraken beter te respecteren. Vooral die gidsen met grote groepen toeristen die als een horde over de straten trekken, zorgen voor vertraging en irritatie bij de locals. En laten we eerlijk zijn, wie wordt er niet gek van?
Om de zaak wat te temperen, wil het stadsbestuur meer inzetten op individuele reizigers die wat langer in Brugge willen blijven. Minder overlast dan die snelle groepsreizigers die in één dag alles willen zien.
En over dat verspreiden van toerisme gesproken, ze denken eraan om niet alleen in tijd, maar ook in ruimte te spreiden. Sommigen suggereren om meer buurten te promoten waar nu niet zoveel toeristen komen. Maar voorlopig lijkt het stadsbestuur te willen vasthouden aan de ‘gouden driehoek’ tussen het Minnewater, de Onze-Lieve-Vrouwekerk, de Markt en de Burg. Andere buurten zijn voorlopig voor de Bruggelingen zelf en de handvol toeristen die wat langer blijven hangen. Slimme zet? We gaan het zien.